De Marokkaanse Rif kent een rijke orale traditie. Taalkundige Khalid Mourigh verzamelde een groot aantal Amazighsprookjes. In dit artikel vertelt Mourigh over de sprookjes van de Rif en in het bijzonder over het
huiveringwekkende sprookje van de vrouw die haar kind opat.
Gepubliceerd in 2022/1 Er was eens…
Zoals zoveel andere mensen herinner ik me dat mijn moeder, wanneer ik ging slapen in de kamer tussen die van mijn broertjes en mijn moeder, nadat ze de pit van de olielamp of de kaars uit had gedaan, ons verhaaltjes begon te vertellen. Enge verhaaltjes, zodat we stil zouden blijven en in slaap zouden vallen. Mijn oma overnachtte ook wel eens bij ons. Zij kon ook verhalen vertellen, zij vertelde ook enge verhalen. Zoals het verhaal van de amziw (de menseneter), het verhaal van de vrouw die haar kind had opgegeten, of het verhaal van de vrouw die ’s nachts naar de begraafplaats ging om daar couscous te rollen met de hand van een overledene. Mijn grootmoeder kende heel veel verhaaltjes. Als zij ons een verhaaltje vertelde, dan vertelde ze door totdat ze ons allemaal hoorde snurken. Dan wist mijn grootmoeder dat we in slaap waren gevallen. Ze stopte dan met vertellen zodat ook zij kon gaan slapen. Soms hoorde ik haar zeggen: ‘Ali, Ali, slaap je al of nog niet?’ Ik antwoordde dan: ‘Nee, oma, ik slaap nog niet.’ Dan ging ze weer verder met vertellen. Af en toe stopte ze even en dan riep ze me weer: ‘Ali, Ali, slaap je al of nog niet?’ Elke keer vroeg ze me of ik al in slaap was gevallen.[1]
In bovenstaand fragment schetst de Riffijnse schrijver Ali Amazigh een typische setting voor het vertellen van een sprookje: een ouder, vrouwelijk familielid vertelt kinderen een verhaal voor het slapengaan. Het is in de Rif taboe om overdag een sprookje te vertellen, want daar zou je kaal van worden. Dat weerhoudt mensen er overigens niet van om toch overdag sprookjes te vertellen. Hoewel de verteller in Amazighs verhaal een moeder is, kunnen mannen natuurlijk ook een sprookje aan hun kinderen of aan anderen vertellen. Een aantal goed vertelde sprookjes in Ghomara (een regio in Noordwest Marokko) zijn aan mij overgeleverd door een jongeman van zeventien die ze van zijn moeder had gehoord. Dat zijn oudere broer vrijwel geen enkel sprookje wist na te vertellen bevestigde mijn ervaring dat de kennis van sprookjes erg verschilt van persoon tot persoon. Sprookjes worden trouwens niet alleen aan kinderen verteld: volwassenen vertellen elkaar ook weleens sprookjes, bijvoorbeeld op het dorpsplein.
Verder lezen? Bestel het nummer via onze webshop.
[1] Ali Amazigh, Druppels uit het verleden, 2013, p. 2-3. Vertaling door de auteur.