Francine Brinkgreve is cultureel antropologe, gespecialiseerd in de materiële cultuur van Indonesië, met name van Bali. Zij werkt als conservator insulair Zuidoost-Azië voor het Nationaal Museum van Wereldculturen. Voor ZemZem ging Asri Prasadani met haar in gesprek. Een conversatie over veranderingen in museaal beleid, het koloniale verleden, roofkunst en internationale samenwerking.
Gepubliceerd in 2021/1 Indonesië.
Hoe zou u de kern van uw werk omschrijven?
Francine Brinkgreve: ‘De kern van mijn werk is het toegankelijk maken van de Indonesië collecties, niet alleen voor Nederlands publiek, maar ook voormensen uit Indonesië. Samen met mijn collega Pim Westerkamp werk ik al jaren met veel plezier bij het Nationaal Museum van Wereldculturen. Wij beheren de wereldberoemde Indonesië collectie, die circa 120.000 voorwerpen telt, van archeologische en etnografische objecten tot koloniale voorwerpen. Ik houd van de rijkdom van onze collectie, en van het samenwerken met Indonesiërs. Het is geweldig om te zien hoe mijn collega’s in Indonesië, met minder middelen dan wij, ontzettend mooie tentoonstellingen maken. En in het afgelopen jaar, tijdens corona, was te zien dat hun online programma’s echt veel beter waren dan hier.’
‘Het mooiste vind ik de combinatie van de objecten en de mensen die ermee te maken hebben. Dat kunnen mensen zijn uit Bali, of een ander deel van Indonesië. Het heeft een menselijke kant, wat de antropologe in mij aanspreekt, maar ook een fysieke kant, waarin een symboliek van motieven, wereldbeeld en zingeving samenkomen in een object.’
Verder lezen? Bestel het nummer in onze webshop.