De Arabische lente was een massale beweging tegen de dictaturen in het Midden-Oosten. Islamisten speelden hierin een prominente en soms zelfs beslissende rol. Zij hebben hiermee echter niet alleen de Arabische lente beïnvloed, maar tien jaar na het begin van de opstanden is duidelijk dat dit fenomeen hen ook heeft veranderd.
Gepubliceerd in 2020/2 Tien jaar na de Arabische lente
Hoe is het met de politieke islam gesteld tien jaar na de Arabisch lente? Om deze vraag te beantwoorden, zal ik eerst ingaan op de vraag wat politieke islam eigenlijk is. Want islamisme, of politieke islam, is eigenlijk een verkeerde term. De hamvraag is wat nou politiek is aan de politieke islam? Is de islam niet in de eerste plaats een normen- en waardensysteem en niet zozeer een politieke orde? Een beetje kort door de bocht komt de politieke filosofie van de islam erop neer dat als iedereen zich braaf houdt aan de sharia, moslims eigenlijk helemaal geen staat nodig hebben. Het is natuurlijk waar dat sinds de zevende eeuw islamitische rijken hebben bestaan en dat er een rechtssysteem is ontstaan op basis van de sharia. Maar de sultans hadden een grote speelruimte buiten de sharia via qanuns (decreten) en de meeste oelama’s wantrouwden de politiek en hielden zich er verre van omdat die de religie corrumpeerde.
Het islamisme als moderne ideologie bracht daar in één keer verandering in door te stellen dat het islamisme een ‘compleet systeem’ (nizam kamil) vormt en ‘allesomvattend’ is. Zo bezien kent de islam geen scheiding tussen religie en staat (al-islam din wa-dawla). Deze ‘alomvattendheid’, die met de term shumuliyya wordt aangeduid, steekt sinds de oprichting van de Egyptische Moslimbroederschap in 1928 als een visgraat in de keel van het islamisme en leidt tot grote ergernis bij seculiere partijen en woede bij autoritaire machthebbers in het Midden-Oosten en Noord-Afrika. Links vergelijkt de vaak gebruikte islamistische leuze — ‘de islam is de oplossing’ — met rechts populisme, terwijl seculier rechts graag met het islamisme wil samenwerken maar niet houdt van de cultuurpolitieke veranderingen in de persoonlijke sfeer — sluiers, gendersegregatie, symbolische islamisering. Een vaak gehoord verwijt is dat het islamisme zelf niet weet wat het vertegenwoordigt. Is het een da‘wa-organisatie (organisatie die zich richt op de prediking van de islam) die de ware islam verspreidt, een politieke partij die macht nastreeft, of een gewelddadige organisatie die oproept tot de jihad?
Verder lezen? Bestel het nummer in onze webshop.